Positief opvoeden: wat is dit nu eigenlijk?
We zijn natuurlijk al bekend met de verschillende opvoedstijlen. Positief opvoeden is het nieuwe opvoeden en het is een echte trend. Positief opvoeden klinkt heel enthousiast en vrolijk. Weten we eigenlijk wel precies wat positief opvoeden is? Ik heb voor je uitgezocht wat positief opvoeden inhoudt en wat de richtlijnen zijn van positief opvoeden. De stelling luidt: “Opvoeden wordt leuker van een positieve opvoeding.” In dit blog vertel ik je meer over een positieve opvoeding en hoe je deze toe moet passen.
Positief opvoeden: de stappen
Positief opvoeden houdt in dat jij je kind positief benadert. Goed gedrag wordt beloond en slecht gedrag wordt genegeerd. Je kunt een “stappenplan” hanteren om een positieve opvoeding te hanteren. Deze gaat als volgt:
Stap 1:
Sluit aan bij je kind. Maak contact door de gevoelens van je kind te noemen en te erkennen. Zo leert je kind met gevoelens om gaan.
Stap 2:
Benoem het gedrag wat je graag wilt zien van je kind. Zeg niet wat hij of zij verkeerd doet maar vertel wat je graag zou terug zou willen zien in het gedrag van je kind.
Stap 3
Geef je kind een keuze maar wel een keuze die in jouw vierkantje past.
Als je deze drie stappen toepast in de opvoeding krijgen kinderen het gevoel dat je bij hun “team” hoort. Het kind voelt op deze manier dat je wilt helpen en dat ze zelf ook een vorm van inbreng hebben. Op deze manier zal een kind veel beter luisteren.
Stel duidelijke regels op samen met je kind
Positief opvoeden is ook een stukje overleggen met je kind. Stel samen met je kind regels op die duidelijk zijn. Laat je kind meedenken over de regels en zorg dat jullie samen regels opstellen die realistisch en haalbaar zijn. Kinderen zijn veel makkelijker dan je misschien denkt. Het bepalen van de regels kan je het beste samen met je kind doen. Een kind zal zich veel sneller aan de regels houden als het ook de regels zijn die het kind zelf heeft bedacht.
Leg van tevoren gewenst gedrag uit
Straf jij altijd achteraf? Niet meer doen. Je kunt beter van tevoren aan je kindje uitleggen waarom bepaald gedrag niet acceptabel is en wat de gevolgen van dat gedrag zullen zijn. Als bijvoorbeeld je kind pantoffels aan wil in plaats van schoenen als jullie gaan wandelen, leg dan uit dat zijn of haar voetjes nat zullen worden en je kindje ziek kan worden. Je kunt je kind op dat moment er aan herinneren hoe vervelend ziek zijn is. Laat je kind zelf beslissen wat hij of zij gaat doen. Hierdoor leert je kind al op een vroege leeftijd verantwoordelijkheid aan en zelf keuzes te maken. Kiest je kind toch voor hetgeen wat jij afraadde? Je kind zal heel snel merken dat jouw advies alleen maar goed bedoeld was. Je kind krijgt bijvoorbeeld natte voeten en zal de volgende keer kiezen om schoenen aan te doen.
Waar komt het gedrag van jouw kind vandaan?
Wat zorgt ervoor dat een kind zich op een bepaalde manier gedraagt? Wat is de reden en de intentie van jouw kindje om bepaalde dingen te doen? Zorg ervoor dat je genoeg aandacht hebt voor de intenties van je kind. Alle kinderen willen in de basis alles graag goed doen. Denk eraan: achter elk gedrag, ook fout gedrag zit een positieve intentie van je kind. Leef je in je kind in en probeer de positieve intentie achter zijn of haar gedrag te achterhalen. Je ontdekt dan waarom je kind iets doet . Zie je waar dit gedrag vandaan komt? Speel hier dan op in. Reageer op de intentie die je kind in de eerste instantie had in plaats van op het gedrag wat hij of zij laat zien.
Gevolgen en gevoelens
Leer jouw kind dat gedrag consequenties heeft en niet in de vorm van straf maar wat er kan gebeuren bij bepaald gedrag. Bijvoorbeeld: je kind is aan het treuzelen bij zijn pyjama aan doen. Vertel je kind dat wanneer hij of zij treuzelt er minder tijd over blijft om een verhaaltje voor te lezen of een liedje te zingen. Op deze manier leert een kind dat er gevolgen zijn voor de dingen die hij of zij doet maar niet in de vorm van een straf. Gevoelens zijn normaal voor elk mens maar voor een kind zijn gevoelens net wat moeilijker te uiten. Herken de gevoelens van je kind maar bestraf deze niet. Door je kind te straffen als hij of zij bijvoorbeeld boos is, zullen deze gevoelens aan de kant worden geschoven en denkt je kind dat dit iets fout is. Benoem de gevoelens van je kind en leer dan hoe het kind zijn gevoelens op een andere manier kan uiten. Bijvoorbeeld: je kind wordt boos omdat iets niet lukt en gooit met iets. Leer je kind dat wanneer iets niet lukt, hij of zij om hulp mag vragen zodat hij of zij hier niet meer boos om wordt.
Word niet boos en blijf rustig
Blijf altijd rustig en praat met je kind op ooghoogte. Gebruik een rustige maar duidelijke stem. Voordat je begint te praten zorg dat je eerst de aandacht van je kind hebt. Vertel je kind wel gedrag moet stoppen en wat je wel van je kindje verwacht. Vertel je kind waarom dit gedrag niet zo leuk is en waarom het andere gedrag wel gewenst is.
Let goed op je woorden. De manier waarop je iets zegt kan een enorm verschil maken. Je kunt bijvoorbeeld zeggen: “Nu je schoenen aan!” dit komt agressief over. Je kunt ook een vraag stellen: “wil je nu je schoenen aandoen?”. Je moet alleen een ja of nee vraag stellen als je kind ook ja of nee mag antwoorden. Als je kind zijn schoenen aan moet doen, kun je het beste vragen: “Wil je eerst jouw jas of eerst jouw schoenen aandoen?” Je geeft je kind de controle om te kiezen maar wel binnen jouw vierkant. Geef keuze opties die voor jou acceptabel zijn en je kind voelt op deze manier geen weerstand of druk.
Bedenk samen oplossingen voor problemen
Als je kind weigert iets te doen wat jij wilt, laat je kind dan zelf met aan alternatief of een oplossing komen. Doordat jij je kind betrekt bij het oplossen van het probleem zal je kindje probleemoplossende vaardigheden ontwikkelen en dat komt later goed van pas. Als je jouw kind de kans geeft om zelf verantwoordelijkheid te nemen, zal een kind dit ook doen. Is de oplossing van je kind niet een goede oplossing? Leg uit waarom dit geen goede oplossing is en probeer alsnog samen met je kind een oplossing te bedenken. Laat je kind echt merken dat je samen zoekt naar een passende oplossing. Je komt dan niet tegen over elkaar te staan maar je staat naast elkaar. Op deze manier zul je sneller de kans hebben dat je kind toegeeft aan een passende oplossing.
Zorg voor een realistische verwachting
Zorg dat je de juiste verwachtingen stelt die passen bij de leeftijd en de ontwikkelingsfase van je kind. Kinderen kunnen veel minder goed hun gedrag en gevoelens controleren dan volwassen, hou hier rekening mee. Doordat je de situatie aan de leeftijd aanpast kan je negatief gedrag voorkomen. Zorg ervoor dat je kind de situatie emotioneel en fysiek aankan. Dit zorgt ervoor dat het kind niet gefrustreerd raakt. Bijvoorbeeld: een dreumes zal die mooie vaas met bloemen van tafel proberen te pakken. Nee zeggen heeft dan nog geen nut. Een peuter kun je op dit moment al leren dat hij of zij de vaas met bloemen moet laten staan. B
Dit zijn tips die je kunt toepassen bij een positieve opvoeding. Op internet kun je nog extra tips over positief opvoeden vinden. Voed jij je kinderen positief op en hoe ervaar je dit? Lukt deze opvoeding bijvoorbeeld ook bij hele pittige kinderen of hebben deze kinderen toch meer grenzen nodig? Deel je ervaringen met ons! Heb je nog vragen of opmerkingen over dit artikel? Laat hieronder dan een reactie achter. Vind je onze artikelen interessant? Vergeet ons dan niet te volgen op Facebook en Instagram. Zo ben je altijd op de hoogte van de laatste nieuwtjes en trends wat kinderen betreft.
0 Reactie